Engelse versie
Fossiele planten
Dialezingen met links
Hans Steur, Ellecom
Leven en werken van
|
|
Evolutie |
Charles Darwin wordt gezien als de vader van de evolutietheorie. Hij
kwam uit een welgesteld doktersgezin in Shrewsbury in Engeland. Van de
opleidingen, die hij volgde, stak hij niet veel op, maar in zijn vrije tijd
leerde hij des te meer. Van 1832 tot 1836 maakt hij zijn beroemde wereldreis
met het onderzoeksschip de Beagle, waarbij hij zich tot volwaardig
natuuronderzoeker ontwikkelde. In 1838 begreep hij ineens hoe evolutie in
zijn werk gaat, namelijk via natuurlijke selectie, maar hij durfde zijn idee
niet wereldkundig te maken omdat hij bang was voor de gevolgen daarvan. Pas
in 1858, toen Alfred Russell Wallace ook het begrip natuurlijke selectie
ontdekt had, kwam hij met zijn theorie naar buiten. Hij had intussen enorm
veel argumenten verzameld en in zijn beroemde en belangrijkste boek 'Over
het ontstaan van de soorten' (1859) gebruikte hij die om zijn theorie uit
te leggen. Het boek veroorzaakte veel opschudding, vooral in kerkelijke kringen,
maar de wetenschappelijke wereld accepteerde al vrij spoedig dat nieuwe soorten
door evolutie konden ontstaan.
Daarna heeft Darwin nog vele andere boeken geschreven over allerlei onderwerpen,
die met de wonderen van de evolutie te maken hebben.
In deze dialezing wordt het verhaal van Darwins leven
verteld. Het kan echter niet compleet zijn, omdat het anders veel
te lang zou worden. Voor wie er dieper op wil ingaan, zijn links naar andere
websites gegeven, die voor de aanvulling kunnen zorgen. Verder
biedt de boekenlijst voldoende
leesstof.
In de negentiger jaren hebben mijn vrouw en ik een reis door Groot-Brittanië gemaakt waarbij we de plekken waar Darwin geleefd en gewerkt heeft, opgezocht hebben. Veel foto's van deze reis zijn in de lezing verwerkt.
Veel van wat Darwin over evolutie heeft geschreven, geldt nog steeds, maar vanzelfsprekend is de theorie op allerlei punten verbeterd, verfijnd en uitgebreid.
Evolutie is het overgaan van de ene soort in de andere. De vele soorten
planten en dieren, die nu op aarde bestaan, zijn allemaal in vroegere tijden
ontstaan uit andere soorten. Verwante soorten hebben een gemeenschappelijke
voorouder. Zo stammen de Afrikaanse en de Indische olifant waarschijnlijk
af van een olifantensoort die zo'n vijf miljoen jaar geleden leefde.
Charles Darwin wordt gezien als de vader
van de evolutietheorie, hoewel ook Alfred Russel Wallace die heeft ontdekt.
Darwin beschreef de theorie heel uitgebreid in zijn boek 'Het ontstaan van
de soorten' dat in 1859 uitkwam.
De evolutietheorie is heel belangrijk omdat je daardoor beter begrijpt hoe de natuur op aarde zijn vorm heeft gekregen. Je krijgt meer respect voor de natuur als je weet hoeveel miljoenen jaren het heeft geduurd voordat al die soorten zijn ontstaan.
Evolutie is een heel ingewikkeld proces. In het volgende wordt zo eenvoudig mogelijk uitgelegd hoe dit proces in zijn werk gaat. Wie er meer van wil weten, moet een van de vele boeken lezen die er over geschreven zijn.