Darwin 22 |
|
|
In 1835 en 1836 werd de verdere thuisreis gemaakt via Nieuw-Zeeland,
Australië, de Indische Oceaan en Kaap de Goede Hoop. Op het laatste
moment werd Darwins geduld nog weer extra op de proef gesteld doordat kapitein
FitzRoy besloot nog eens naar Zuid-Amerika te varen om een aantal metingen
te controleren. Eindelijk, op 2 oktober 1836, arriveerde de Beagle in
Engeland. Een tiental geologische brieven, die hij aan Henslow had gestuurd, waren door deze tot een boekje gebundeld en uitgegeven. Darwin was verbouwereerd want daarvoor had hij ze niet geschreven. Maar ze waren in goede aarde gevallen en ze hadden zijn naam gevestigd. Lyell, de beroemde geoloog, nodigde hem uit en hij was daarover zeer vereerd. Nu braken de drukste jaren van zijn leven aan.
Meer
weten? |
In de eerste plaats moest hij zijn reisverslag maken aan de hand van
zijn dagboek van 770 pagina's. In 1837 had hij na heel hard werken het manuscript
van zijn reisverslag klaar. Maar de publicatie liep veel vertraging op omdat
het tegelijk met het verslag van FitzRoy gepubliceerd moest worden. Het werd
1839 voor de Journal of Researches into the Natural History and Geology
of the countries visited during the voyage round the world of H.M.S.
Beagle, zoals het boek officieel heette, verscheen. Het kreeg een goede
pers, vooral bij de geologen. Het is in vele talen vertaald en heel vaak
herdrukt. Het is nu ook nog leuk om het te lezen.
Meer weten? |
Darwin 22 |