Evolutie 23

Vorige

Stop

Volgende

Schietend visje

Koekoek
Naar Whitfield: De evolutie van het leven (1994)

Zoals eerder is gezegd, maakt ook het gedrag een belangrijk deel uit van de kenmerken van een soort. Gedrag is erfelijk in de vorm van instinct, en gedrag kan ook evolueren. Voortplantingsbarrières hebben vaak de vorm van van verschillende paringsrituelen en berusten dus ook op instinct.
Een aardig voorbeeld van erfelijk gedrag geeft het visje hierboven dat met een druppeltje water een insect naar beneden kan schieten, zodat hij het kan opeten.
Het is moeilijk voor te stellen hoe een dergelijk gedrag zich heeft kunnen ontwikkelen. Misschien is het zo gegaan: In een tijd van voedselgebrek, waren er visjes die door bellen te blazen hun vijand aan het schrikken konden maken. Daarbij zou bij toeval wel eens een insect neergehaald kunnen worden. De visjes, die dat het vaakst overkwam, konden zich het best voortplanten. Als zo'n ontwikkeling eenmaal op gang is, treedt de natuurlijke selectie in werking en wordt de handeling geperfectioneerd. Maar of het echt zo gegaan is, .... .

Meer weten?
Persoonlijkheid van de koolmees is voor 54% erfelijk

Een ander voorbeeld van erfelijk gedrag is het broedparasitisme van de koekoek. Die aanpassing is zo geperfectioneerd dat de kleur van de eieren van de koekoek in een bepaalde populatie overeenkomt met die de 'gastsoort', zoals hierboven resp. de graspieper en de grote karakiet. De koekoeken uit zo'n populatie zijn dan gespecialiseerd op een bepaalde soort zangvogeltjes.
Het ontstaan van deze aanpassing kun je je zich als volgt voorstellen: Diverse koekoeken uit een populatie leggen eieren in het nest van b.v. een graspieper. De eieren die het meest lijken op die van de graspieper hebben de meeste kans door de graspieper geaccepteerd te worden. Het broedsucces van de koekoek die deze eieren gelegd heeft, zal dus groter zijn dan dat van de andere. De eigenschap blijft dan in de genenpool van de populatie en de eieren zullen gemiddeld meer op die van de graspieper gaan lijken. Na een flink aantal generaties zullen de eieren bijna identiek zijn aan die van de graspieper (hoewel groter).

Meer weten?
De koekoek

Evolutie 23

Vorige

Stop

Volgende