Evolutie 22

Vorige

Stop

Volgende

De savanne

Hommel

Het ziet er vreedzaam uit in de savanne. Maar toch is hier een 'wapenwedloop' aan de gang. Straks gaat de leeuw op jacht. De antilopen, die het snelst en het meest wendbaar zijn, hebben de meeste kans hun jongen groot te brengen. Deze nakomelingen zullen deze erfelijke eigenschap overnemen zodat de soort als geheel sneller en wendbaarder zal worden. De leeuw zal daarom ook sneller en wendbaarder moeten worden anders kan hij de antilopen niet meer vangen. De snelle leeuw heeft meer kans zich voort te planten dan de langzame. Etc. Men noemt dit de wapenwedloop.
Beide soorten staan onder druk van elkaar om zich aan te passen: ze evolueren tegelijkertijd.
Er zijn veel voorbeelden van een wapenwedloop. Denk b.v aan planten die gif of stekels ontwikkelen als reactie op vraat door dieren. Of aan dieren en hun parasieten.

Meer weten?
Wapenwedloop in de natuur

Men noemt dit samen evolueren wel coëvolutie.
Een wat sympathiekere vorm van coëvolutie is die van de 'bloemen en de bijtjes', of liever van de insecten en de planten. De planten zijn van de insecten afhankelijk voor de bestuiving van hun bloemen, terwijl de insecten afhankelijk zijn van de planten doordat ze voedsel (honing, stuifmeel) leveren. Deze wederzijdse afhankelijkheid is langzamerhand steeds sterker geworden. Er zijn zelfs soorten insecten die geheel gespecialiseerd zijn op één soort plant. Zo zijn er orchideeën die een bloem hebben ontwikkeld die er uitziet als het vrouwtje van een bepaalde soort wesp en die ook die geur verspreid. De mannetjes komen daar op af en zorgen voor de bestuiving van de plant.
Ook bij de verspreiding van zaden zijn vaak insecten betrokken.
De ultieme vorm van coëvolutie is die van de symbiose, waarbij twee organismen samenleven en niet buiten elkaar kunnen. Dit is b.v. het geval bij korstmossen, die een symbiose zijn van een schimmel en een alg.

Meer weten?
Co-evolutie gaat een stap verder
De mierenplant in de Hortus

Evolutie 22

Vorige

Stop

Volgende