Darwin 32 |
|
|
Darwin wandelde altijd in een door henzelf aangelegd bosje in een verre uithoek van het terrein. Daarin stonden oude eiken. Verder had Darwin zelf linden, hazelaars en hulstbomen geplant en Emma bloeiende struiken. Daaromheen liep een pad dat bedekt was met zand uit een put in het midden van de tuin: de beroemde Sandwalk. | Hij aanbad zijn kinderen en zij aanbaden hem. Als er een ziek was, kwam
deze bij hem op de studeerkamer liggen op de sofa. Zij hielpen hem ook wel
bij zijn onderzoek, b.v. door in de tuin de route te observeren die de bijen
vlogen. |
Darwin 32 |