Evolutie 8

Vorige

Stop

Volgende

Mendel

Erwtenrassen

Evolutie heeft alles te maken met erfelijkheid. De grondlegger van de erfelijkheidstheorie is de Tsjechische monnik Gregor Mendel (1822 - 1884), een tijdgenoot van Darwin. Hij publiceerde zijn resultaten in 1865, maar de tijd was er blijkbaar nog niet rijp voor want er werd geen aandacht aan besteed. Pas rond 1900 werd zijn werk herontdekt, onder anderen door onze landgenoot Hugo de Vries.
Mendel ontdekte zijn erfelijkheidswetten door middel van kweekproeven met erwten.

Meer weten?
Gregor Mendel
Biografie Hugo de Vries

Hij kruiste daarbij rassen die in allerlei eigenschappen verschilden, zoals oppervlak en kleur van de erwten, vorm en kleur van de peulen, kleur van de bloem, plaatsing van de bloemtrossen en de hoogte van de plant. Hij ontdekte dat de erfelijke eigenschappen in veel gevallen 'hard' zijn, d.w.z. dat ze niet mengen, zoals men tot op dat moment dacht. B.v. als je lange en korte planten kruist, krijg je als resultaat weer lange of korte planten en niet planten met tussenliggende lengte. (Overigens komt dat ook voor, maar Mendel had het geluk dat dat bij zijn proeven niet het geval was). Verder ontdekte hij dat sommige eigenschappen dominant zijn en andere recessief. Wat dat betekent wordt hierna uitgelegd.

Evolutie 8

Vorige

Stop

Volgende